‘We willen allemaal ons geld verdienen in de dans’
Ooit een docent van een willekeurige havo 3-klas gezien die, zo vlak voor het begin van een les, de ene leerling een high five, de tweede een knuffel en de derde leerling een aai over de bol geeft? Oké, het zal sporadisch voorkomen, maar gewoon is het allerminst. Want op een gemiddelde middelbare school zijn de rollen tussen docent en leerlingen duidelijk verdeeld: de docent is meneer of mevrouw, iemand die boven de klas staat, iemand waar je –letterlijk- u tegen zegt. Er is afstand. Hoe anders gaat het er aan toe op de Dansopleiding, de eerste MBO Dansopleiding in Nederland waar de dansvormen urban en hiphop centraal staan.

Op de Dansopleiding,  onderdeel van ROC Midden Nederland en in 2008 van start gegaan, is die informele omgang tussen docenten en leerlingen de normaalste zaak van de wereld. Nee, noem het niet klef, eerder amicaal. Het zal ongetwijfeld te maken hebben met een passie die docenten en leerlingen delen: dansen. Want daarin hebben ze elkaar helemaal gevonden. Het is een doordeweekse middag wanneer Jeffrey Roberts aan een tafeltje zit bij de ingang van Touchée Dance Company aan de Adelaarstraat, aan de rand van het centrum van Utrecht. Docent Roberts (44) is coach van leerlingen uit het tweede jaar, verder geeft hij dansgeschiedenis, Touchée is de plek waar leerlingen drie keer per week oefenen. Eén dag in de week zitten ze in de schoolbanken, de vijfde dag doen ze ergens praktijkervaring op. Roberts zit achter zijn laptop, maar wanneer een leerling binnen komt lopen, maakt hij een praatje of grapje. ,,Zo gaan we hier nu eenmaal met elkaar om, er is veel respect voor elkaar. Natuurlijk moet een leerling af en toe stevig worden toegesproken, maar dat hoort er bij, toch? Het zijn in elk geval stuk voor stuk super gemotiveerde mensen die hun brood willen verdienen in de danswereld.’’

De belangrijkste stijlen van de opleiding zijn breakdance, krumping (agressieve, krachtige dansstijl waarbij het hele lichaam wordt gebruikt) , popping  (mechanische bewegingen, robotachtig, ook wel bekend als electric boogie) en locking (scherpe hand- en armbewegingen, veel voetenwerk). Naast het dansen zelf is de opleiding er vooral op gericht om van leerlingen ondernemers in de danswereld te maken. Of ze nu uitvoerend artiest willen worden of een eigen dansschool willen beginnen, ze moeten bijvoorbeeld weten hoe je een factuur maakt. Als eigen baas is het ook handig om enkele administratieve basisvaardigheden onder de knie hebben. Hoe zit de belastingwetgeving in elkaar? Hoe vraag je subsidies aan? Ze leren hoe ze zichzelf moeten presenteren aan een potentiële opdrachtgever. Wie een school wil beginnen, heeft didactische vaardigheden nodig. Maar ook leer je hoe je een optreden moet organiseren, zegt de 21-jarige Jason Heuts –petje, mouwloos shirtje - vlak voor de warming up van zijn dansles. ,,We hebben vakken als wiskunde en Engels, maar we leren ook wat de Kamer van Koophandel is. Weet je wat het gewoon is? We willen allemaal ons geld verdienen in de dans.’’

Eerstejaars Jason had tot voor kort een baan in een elektronicazaak, waar hij een aantal jaren heeft gewerkt. Dansen deed hij wel, als hobby. Hij zat in de demoteam, hij ging, in de avonduren, naar een normale dansschool. Via een vriendin hoorde hij van de Dansopleiding in Utrecht. De audities waren geen makkie. ,,Mijn danschoreografie enzo was goed, maar ze vonden mijn motivatie minder. Ik had in mijn hoofd wel een goed verhaal, maar het kwam er niet uit. Ze gaven me een tweede kans, want ik mocht op een ander moment terugkomen om mijn motivatie toe te lichten. Ik had me beter voorbereid en werd aangenomen.’’ Jason is volgens eigen zeggen iemand die dag en nacht met dansen bezig is. ,,Ik wil altijd bewegingen maken, ook nu ik met jou praat. Dat zit in me. Moves wil ik maken, overal. In de winkel, op het station, maakt niet uit. Verder ben ik bezig met het uitwerken van een eigen dansstijl. Het is niet echt hiphop, maar ook niet echt popping. ’t Zit er zeg maar tussenin, experimental. Het is een stijl in ontwikkeling.’’ Jasons ambities? Hij wil ‘doorgroeien in de dans’, zoals hij het zelf omschrijft. ,,Ik vind het leuk om les te geven. Liefst zou ik op reis gaan, allerlei landen bezoeken en dan workshops geven. Ja, dat is wat ik wil.’’

Tweedejaars Breanne Martina (19) heeft haar toekomst al helemaal uitgestippeld: zij wil de hiphopcultuur op Curaçao introduceren. ,,Eerst klein beginnen, je moet zoiets langzaam uitbouwen. Uiteindelijk wil ik wel een eigen dansschool natuurlijk!’’ Toen Breanne tien jaar was, wist ze al dat ze van dansen haar beroep wilde maken. Samen met haar nichtje verzon ze, op haar slaapkamer,  dansjes. Ze luisterden naar R&B, de pasjes kwamen vanzelf. Breanne ging naar een dansschool in Tilburg, waar ze zich vooral toelegde op hiphop. Via een meisje uit haar dansgroep werd ze geattendeerd op de Dansopleiding in Utrecht. ,,Ik ben hier helemaal op mijn plek. Ik leer veel, de docenten zijn super. Minpuntje? Is er niet. Nou ja, soms mag het wel ietsje strenger misschien… Maar verder top. En het leuke is dat we elkaar ook buiten de opleiding zien, op verjaardagsfeestjes bijvoorbeeld.’’ Wanneer Breanne klaar is, wil ze direct door naar Amerika, naar de roots van de hiphop, om haar ‘dance skills’ te verbeteren. ,,Ik wil nog veel meer leren. Ik boek gewoon een ticket en zie wel waar ik terecht kom. En wanneer ik denk dat ik alles onder de knie heb, pas dan ga ik naar Curaçao.’’

Samira El-Yahyaoui (24) had, net als Jason, ook al een echte baan voor ze aan de Dansopleiding begon. Ze werkte als keukenadviseur. ,,Een prima baan. Ik kon er mijn creativiteit in kwijt, ik vond het contact met klanten leuk. Ook ik danste al jarenlang, als hobby. Toen ik van de opleiding in Utrecht hoorde, dacht ik wel meteen: ‘daar moet ik heen’. Vooral omdat het zo gericht is op ondernemerschap. Ik merk dat ik het gelukkigst ben wanneer ik dansers om me heen heb.’’ Op de vraag waar Samiras ambities liggen, begint ze een beetje gemeen te gniffelen. ,,Oké dan, het is niet iets in de uitvoerende dans. Laten we zeggen dat ik een bijdrage wil leveren aan de urban scene in Nederland. Het is niet alleen maar dansen, het is een leefstijl. Ik heb grote plannen, ben ongelooflijk ambitieus, maar wat ik precies wil, houd ik voorlopig voor mezelf.’’

Sam den Hollander (21) behoort tot de allereerste lichting van de Dansopleiding; hij heeft in juni zijn diploma gekregen. ,,De opleiding is goed, ook al was het in het begin een beetje zoeken natuurlijk. Wat me is opviel was dat er goed naar de leerlingen werd geluisterd. We werden, en worden nog steeds, serieus genomen. Dat is een prettig gevoel.’’ Sam – die na het zien van de dansfilm You got Served verslingerd raakte aan het dansen – blijft, als docent, heel misschien verbonden aan de school. Daarnaast geeft hij regelmatig poppingles op basisscholen. Bovendien maakt hij onderdeel uit van een crew: The Kulture Kids. Deze crew bestaat uit negen mensen die elkaar kennen van de Dansopleiding. Negen dansers van verschillende etnische afkomst met ieder een specialisme: popping, locking, house en new style hiphop. Sam: ,,Dansen betekent alles voor mij. Ik ben een type dat er bijna 24 uur per dag mee bezig is. Ook al ben ik ongelooflijk moe, op één of andere manier wil ik altijd bewegen.’’

Terug naar docent Jeffrey Roberts, bij de ingang van Touchée. Jason, Breanne en Samira zijn aan hun dansles New Style begonnen, Roberts kijkt, door een enorm raam, tevreden toe. Roberts kent het wereldje goed, zegt hij. Hij laat een filmpje op zijn laptop zien. Je ziet een optreden van The Dolly Dots, daaromheen een paar lenige mannen die aan het breakdancen zijn. Roberts is de man in het blauwe Adidaspakje. ,,Toen  ik jong was, bestond er geen dansopleiding zoals deze. We hadden een groepje van een man of vijftien, in Amsterdam. Wij dansten voor, tijdens en na schooltijd. Waar? Waar niet, kun je beter zeggen. In de aula, op straat, thuis, noem maar op.  Wij hebben alles zelf moeten ontdekken en leren, we organiseerden onze eigen battles.’’ Met Roberts is het, ondanks het feit dat hij geen dansopleiding heeft gedaan, goed gekomen: hij kan leven van zijn passie. Naast lesgeven in Utrecht treedt hij regelmatig op, verder geeft hij workshops en lezingen. ,,Wat ik de leerlingen wil overbrengen? Tja, de liefde voor dansen uiteraard, maar ik waarschuw ze ook voor de valkuilen. Blessures vormen wat mij betreft de grootste valkuil. Denk aan knie, enkels, polsen, rug. Ook belangrijk: zorg dat je een paar structurele opdrachtgevers hebt. Valt er plots een weg, dan ben je nog niet verloren.’’ De docent vindt het heerlijk om met zoveel talent te werken. Sterker, hij leert ook van zijn leerlingen. ,,Ik deed vroeger alles op gevoel. Groove, ritmisch. Tegenwoordig is het dansen veel technischer geworden. Als ik leerlingen observeer, zie ik nieuwe dingen. Daar wil ik dus alles van weten. Mijn moeder zei vroeger ooit: ‘Jeffrey, je bent nooit te oud om te leren’. Ik geloofde haar nooit. Nu, op mijn 44ste, weet ik dat ze gelijk had. Die wijsheid wil ik de leerlingen ook meegeven.’’ 

(De Karavaan, 2011)