1/8 triatlon, klinkt als een eitje
Daar lig je dan, op een zaterdagochtend om 8.13 uur, op een smal, houten bankje, vlak naast het 25 meterbad van zwembad De Kwakel. Lijf gestrekt, de neus op het gelakte hout gedrukt, rechterarm eerst helemaal naar voren, dan ónder het bankje door, om met je hand vlak onder je rechterbil te eindigen. Nooit geweten, maar het bestaat: droogzwemmen. De eerste zwemtraining van de introductiecursus triatlon, verzorgd door Hellas Triathlon, is net begonnen. De meeste deelnemers van de cursus kunnen crawlen. Tenminste, dat hebben ze aangegeven op het aanmeldingsformulier. Zwemtrainer Berjan denkt daar toch iets anders over, nadat hij de crawlkunsten van negentien triatleten in de dop een minuut of tien heeft aangezien. Uit het water, naar de kant, gebaart hij. Even later liggen we dus met z'n allen achter elkaar, onze neuzen op houten bankjes gedrukt en zwaaiend met de armen, terwijl Berjan aanwijzingen geeft. Back to the basics. Gerco, hoofd naar beneden! Bas, hand ónder de bank, niet er langs! Jeroen, niet zwammen maar zwemmen! Droogzwemmen dus. Tot een week of vijf geleden waren het vreemden voor me: Gerco, Bas, Maike, Nelie, Koen en al die anderen die zich hadden aangemeld voor de introductiecursus triatlon. Ik zie ze nu vaker dan mijn liefje. De introductiecursus - 35 euro, inclusief inschrijving wedstrijd en barbecue - duurt vijf weken. Wat je krijgt is een kennismaking met de triatlonsport waar je u tegen zegt, met liefst vier trainingen per week: twee keer zwemmen (zaterdag in De Kwakel, woensdag in Krommerijn), dinsdag hardlopen op de atletiekbaan Maarschalkerweerd en donderdag fietsen in de buurt van Werkhoven. In de voorlaatste week werd er zelfs vijf keer getraind... Waar wij, triatleten in de dop, het voor doen? Het volbrengen van de achtste triatlon komende zondag in en rond de Utrechtse Veilinghaven. Dat betekent 500 meter zwemmen, 20 kilometer fietsen en vijf kilometer lopen. Klinkt als een eitje, voor wie regelmatig sport. Fietsen doe ik al een aantal jaar, lopen zo nu en dan, en zwemmen, ach, dat doen we d'r even bij. Tenminste, zo waren mijn gedachten. Vooropgesteld, iedere cursist is er van overtuigd die eindstreep te halen. De vraag is echter: hoe? En hoe snel? Aan ons uithoudingsvermogen zal het niet liggen, maar we willen zondag mooi door het water glijden, fietsen met de souplesse van een tijdritrijder à la Fabian Cancellara en lopen als een kievit. Berjan deinsde er niet voor terug ons te onderwerpen aan een collectieve strafoefening, wanneer iemand (ja, ik) zijn aanwijzingen niet goed opvolgde, maar hij heeft ons wel beter leren crawlen. Looptrainer Kees leerde ons kennismaken met tripling, skipping en arminzet, Jorrit was een fijne wegkapitein. Aan het vierde onderdeel van de triatlon werd zelfs een heuse clinic gewijd: de wissel. Onderschat, maar oh zo belangrijk. De wisselclinic was misschien wel de meest hilarische training, met als hoogtepunt een wedstrijdje wie het snelst een helm op zijn of haar hoofd kan zetten. Cursuscoördinator Eelco was natuurlijk de grote inspirator: klankbord, begripvol en betrokken. Hij stuurde ons in totaal 21 mailtjes: dat de Lidl wetsuits in de aanbieding had, een mail over het nut van elastische veters (en andere praktische zaken), maar ook gewoon om te melden dat hij blij was dat hij niemand zag zinken na vier zwemtrainingen. Sterker, Eelco vond het crawlen er al best goed uitzien. De droogtraining van Berjan was niet voor niets.... 

(AD Utrechts Nieuwsblad, 2011)